Brief van Kingscote aan Mapleton

Op 8 oktober 1854 (tijdens de Krimoorlog) schrijft Nigel Kingscote, een hoge officier van het Britse leger aan zijn vriend legerarts Henry Mapleton vanaf de Krim.

Beste Mapleton,
We bevinden ons nu in de buurt van Sebastopol. De beschietingen zijn nog niet begonnen aangezien we nog volop bezig zijn om de kanonnen en munitie naar boven te slepen. Dat is zwaar werk, een afstand van acht tot tien kilometer en allemaal heuvelop (…). Af en toe schieten de Russen, maar de verliezen aan onze kant zijn niet erg zwaar: slechts twee van onze mannen zijn gesneuveld en een Franse officier. Ik zie uit naar de strijd, maar het zal nog wel enige tijd duren, daar de plaats waar we naartoe gaan moeilijk is te bereiken en het terrein niet geschikt is om te graven (…). De cholera heerst nog steeds, maar minder erg, hoewel vele officieren en manschappen doodziek zijn. Geen leger heeft het zo zwaar gehad als het onze, sinds we op de Krim zijn geland. Pas drie dagen geleden kregen we tenten, en we moeten veel moeite doen om aan water te komen.

Advertentie