Op 2 maart 1933 schrijft Elisabeth Gebensleben-von Alten vanuit de Duitse stad Braunschweig aan haar dochter in Nederland over de Rijksdagbrand:
Het is toch afschuwelijk! Duitsland is aan een groot gevaar ontsnapt! Godzijdank dat we zo’n energieke regering hebben. Eergisteravond hoorden we het zakelijke bericht over het communistische plan voor een burgeroorlog. Die zakelijke mededeling had een nog groter schokeffect dan een geëmotioneerde aanklacht gehad zou hebben. Onze haren rezen ons te berge! Gewoon onvoorstelbaar wat er had kunnen gebeuren. Maar nu gaat het hard tegen hard. De communisten moeten weg, evenals de marxisten. Göring zei gisteren in een toespraak: “Als het buitenland vindt dat we te hard tegen de communisten optreden, dan mag het buitenland dat beestachtige tuig bij zich nemen.” De redacteur van Vorwärts is gearresteerd omdat hij tegen de buitenlandse pers heeft gezegd dat de nationaalsocialisten weleens zélf de Rijksdag konden hebben aangestoken. Daar word je gewoon sprakeloos van. Maar nu hoef je niet meer verbaasd te zijn dat er in de buitenlandse pers altijd van die verkeerde berichten over de nationaalsocialisten verspreid werden.
Toelichting:
Hermann Göring is in 1933 de naziminister van Binnenlandse Zaken van Pruisen en daardoor hoofd van de politie in Berlijn.
Vorwärts is het grootste sociaaldemocratische dagblad van Duitsland.