Dieren waren tot het begin van de 20e eeuw een belangrijke attractie op de kermis. Bruine beren traden het meest op tijdens kermissen. Zij moesten daar vechten tegen honden en hyena’s, zoals bij het ‘Groot combat of dierengevecht’ op de Amsterdamse kermis van 1806. Ook andere dieren als tijgers, olifanten, tapirs, neushoorns en leeuwen waren te bewonderen.
Gewone huisdieren trokken op de kermis alleen publiek als ze heel bijzondere kunstjes konden. Zoals kanaries die een kaartspelletje speelden, katten die klokken bespeelden en geleerde honden die opdrachten in allerlei talen uitvoerden.
