In een rede op oudejaarsavond 1564 in Brussel geeft Willem van Oranje, op dat moment nog een belangrijk adviseur van koning Filips II, zijn mening over het godsdienstbeleid van de koning in de Nederlanden:
Het is nu de tijd om ronduit tegen de koning te spreken, want de toestand in het land is zo onheilspellend dat er iets gedaan moet worden. De koning vergist zich als hij meent dat in de Nederlanden, te midden van landen waar godsdienstvrijheid bestaat, de bloederige plakkaten nog langer te handhaven zijn. En hoezeer ik aan het katholieke geloof gehecht ben, ik kan niet goedkeuren dat vorsten over het geweten van hun mensen willen heersen en hun de vrijheid van geloof en godsdienst willen ontnemen.
Toelichting
Plakkaten zijn hier de maatregelen van de koning, waarmee strenge straffen werden opgelegd aan burgers die naar de Reformatie overgingen.