In 1917 was het leven voor arbeiders zwaar in Nederland. Er was te weinig werk en te weinig eten. Vrouwen moesten vaak urenlang in de rij staan voor brood, aardappelen en zeep. Daarom richtte Hendrika van Zelm in april 1917 de Revolutionair Socialistische Vrouwenbond op. Deze vrouwen waren tegen de oorlog. Ze voerden acties tegen het voedseltekort, hielpen dienstweigeraars en steunden stakingen.
Haarlemse vrouwen tegen burgerdienstplicht
In 1918 had de bond 1100 leden en 25 lokale afdelingen. Ook Haarlem had een afdeling. Hier zie je een pagina uit ‘De Voorbode’ het tijdschrift van de Bond. Daarin roept de Haarlemse afdeling op om te protesteren tegen de burgerdienstplicht. Dit was een idee van de regering om mensen verplicht te laten werken in de (oorlogs)industrie. Door verzet vanuit de samenleving is dit nooit ingevoerd.

Hertaling:
Op Tweede Pinksterdag wordt in Haarlem een solidariteitsbazar gehouden voor de gezinnen van dienstweigeraars. Omdat Schermerhorn verhinderd is om de bazar te openen, zal Pabon uit Kampen voor ons spreken. De bazar belooft schitterend te worden. Om 2 uur begint de bijeenkomst. Allen op naar Haarlem — zorg dat de bazar in alle opzichten een succes wordt! Wie iets kan missen voor ons doel, stuur dit naar mejuffrouw B. de Kleyn, Nicolaas Beetsstraat 7 rood, Haarlem.
Onze huishoudelijke vergaderingen zijn de laatste tijd goed bezocht. Telkens melden zich weer vrouwen aan als lid. Omdat we tot nu toe eens per maand vergaderden, zullen we nu elke twee weken samenkomen — ook met het oog op de ernstige tijden waarin we leven. We moeten niet alleen werken aan betere voedselvoorziening, maar ook krachtig protesteren tegen de dreigende invoering van de burgerdienstplicht.
Want vrouwen, begrijp wat dit betekent: vrouwen van 16 tot 40 jaar worden dienstplichtig, en moeten in fabrieken het werk van mannen overnemen. Ook in wapenfabrieken zullen zij gedwongen worden om moordwapens te maken. Op die manier probeert men het volk het recht op staken af te nemen, want ook dan word je opgeroepen om als onderkruiper te werken. Vind je dat geen onmenselijk werk? Gaat dat niet tegen je geweten in? En dat allemaal in dienst van onze uitbuiters?
Nee, en duizendmaal nee! Laat de vrouwen van Nederland hun proteststem laten horen. Sluit je aan bij onze afdeling, zodat we een leger van revolutionaire socialistische vrouwen vormen, en de invoering van de burgerdienstplicht onmogelijk maken. Maar dan moeten we ook echt aan het werk: de handen uit de mouwen. Laten we de vrouwen die nu nog onbewust zijn, bewust maken door middel van onze propaganda en lectuur. Zodat zij niet langer als slaven van onwetendheid ronddolen in die bedompte sfeer — laten we hen daaruit helpen en opvoeden tot een betere samenleving.
Want wij zullen nooit meewerken aan dat onmenselijke werk: het in stand houden van die vreselijke broedermoord. Laten we daarom optrekken tegen de tirannie, tegen het kapitalisme. Geen man en geen cent voor het militarisme — maar wél werken en strijden voor vrede en vrijheid.