Voltaire over sociale verhoudingen

De Franse filosoof Voltaire schrijft in 1764:

Ieder mens heeft het recht om er in zijn hart van overtuigd te zijn dat hij volstrekt gelijk is aan de andere mensen; daar volgt niet uit dat de kok van de kardinaal zijn meester opdracht mag geven om het eten voor hem klaar te maken. Maar de kok mag wel zeggen: “Ik ben een mens, net als mijn meester. Ik ben net als hij huilend ter wereld gekomen; hij zal sterven net als ik, (…). Als de Turken zich meester maken van Rome, en ik ben dan kardinaal en mijn meester is kok, dan neem ik hem in dienst.” Deze hele gedachtegang is redelijk en juist, maar zolang de Grote Turk Rome nog niet heeft ingenomen, moet de kok zijn plicht doen, want anders valt de hele maatschappij uiteen.

Advertentie