Ultimatum aan Rotterdam

De commandant der Duitse troepen schrijft op 14 mei 1940 onderstaande brief aan de Nederlandse bevelhebber Scharroo en burgermeester Oud van Rotterdam.

Toelichting

De Duitse aanval op Nederland en op Rotterdam begint op 10 mei. Al vroeg veroveren de Duitsers het militaire vliegveld Waalhaven en spoedig landen Duitse watervliegtuigen bij de Maasbruggen op de Maas. Door het gebrek aan tegenstand kan de vijand snel posities innemen aan beide zijden van de, voor de Duitse opmars, essentiële Maasbruggen. De Nederlandse militairen staan, met uitzondering van de in Rotterdam gelegerde mariniers, onder commando van kolonel der Genie P.W. Scharroo.

Wanneer duidelijk wordt dat de Duitsers vanuit het door hen gecontroleerde Rotterdam-Zuid via de Maasbruggen verder de vesting Holland willen binnendringen, krijgen de mariniers opdracht dat te verhinderen. De Maasbruggen moeten op de Duitsers worden heroverd en opgeblazen. Ondanks weinig ondersteuning houden de mariniers door hun taaie en hardnekkige verdediging lang stand bij de Willemsbrug.

Door deze tegenstand overwegen de Duitsers een bombardement op Rotterdam om de Nederlandse overgave te bespoedigen. De Duitse Generalleutnant in Rotterdam, R.K.F. Schmidt, overhandigt bevelhebber Scharroo en burgemeester Oud van Rotterdam via drie Duitse boodschappers in de ochtend van 14 mei een ultimatum. Als de weerstand niet binnen twee uur wordt gestaakt dreigt “volledige vernieling” van de stad.

Scharroo is niet onder de indruk van de boodschap. Hij noemt het “een vod”. Het is in gebrekkig Nederlands geschreven en het is niet op de juiste manier, dus: met naam en rang, ondertekend. Hij neemt contact op met generaal Winkelman, de opperbevelhebber van de Nederlandse troepen en ze besluiten verder te onderhandelen en zo ook tijd te rekken.

Uiteindelijk blijkt de Duitse luchtaanval niet meer te keren, ondanks pogingen met afgevuurde lichtkogels daartoe. Op 14 mei, rond half twee ’s middags, worden het centrum, Kralingen, de Provenierswijk, het Oude Noorden en het Liskwartier doelwit van Duitse Heinkel-bommenwerpers. De afgeworpen lading vernietigt in minder dan een kwartier meer dan 30.000 woningen en panden. De daardoor ontstaande stadsbrand maakt de verwoesting van het centrum compleet. In totaal komen als gevolg van dit bombardement 800 tot 900 mensen om.

Advertentie